MOESSAR
, een korte beschrijving
van een joods spiritueel pad

Moessar op Youtube


Inleiding

Wat is Moessar?
Moessar is het hebreeuwse woord voor moraal, ethiek. Meer in het bijzonder is het een in de 19e eeuw opgekomen en in de moderne tijd herlevende stroming die oproept tot een levenswijze die erop gericht is zelfkennis en verantwoordelijkheid te wekken.
Moessar in deze engere zin is de benaming voor een ethische beweging binnen het jodendom, die erop gericht is meer bewustzijn te wekken voor de innerlijke houdingen, van waaruit men met zichzelf en de wereld omgaat, om licht te werpen op oorzaken van lijden en frustratie. Tegelijk is het een zeer praktische weg om de beste mogelijkheden die men in zich heeft te ontplooien en met name innerlijke houdingen of karaktertrekken (‘middot') onder de loupe te nemen en te verbeteren.
Het uitgangspunt is daarbij, dat innerlijke houdingen of karaktertrekken de basis vormen voor de uitvoering van mitswot; middot gaan vóór mitswot.
De Moessar reikt daarvoor een reeks methodieken, oefeningen en dagelijkse praktijken aan, die erop gericht zijn dat ‘het hart voelt wat het verstand begrijpt' (Elyahu Lopian).
Daagse praktijk is belangrijk, tegelijk met bestudering van teksten uit Tora, Talmoed en van commentatoren en auteurs uit alle eeuwen.
Door de Shoa was Moessar bijna in de vergetelheid geraakt. De laatste jaren is een herleving op gang gekomen.

Wat is Moessar niet?
Het is niet zozeer een psychotherapie, die is meer gericht op verhelpen van psychische problemen en versterking van het ego. Het is ook niet vergelijkbaar met een weg van coaching of met een van die andere vele zelfontwikkelingsmethoden, die momenteel op de markt zijn en die meer gericht zijn op persoonlijk of maatschappelijk succes.

Een spiritueel pad
Moessar is in wezen een spiritueel pad van zelfontplooiing vanuit een streven naar ‘heiligheid', waarbij we heiligheid goed moeten verstaan. Het is niet het worden van een heilig boontje of het nastreven van een christelijk soort heiligheid. Het gaat meer om een joods heiligheidsbegrip, om een ‘joodse heiligheid' als streven naar vervolmaking van de manier waarop je zo wezenlijk mogelijk in deze wereld staat; strevend naar doorbreking van oude patronen en innerlijke barriéres, waardoor het licht van de ziel vrijelijk kan schijnen.
Alan Morinis, een van de ontwikkelaars van de moderne Moessar, zegt het zo 1): het doel van de Moessar praktijk is om het licht van heiligheid dat leeft in de ziel te bevrijden. Als je de wortels van al onze gedachten en handelingen volgt dan blijken ze te steken in de diepten van de ziel, buiten het bereik van het licht van het bewustzijn, en daarom bieden de methoden van de Moessar onder meer meditaties, contemplaties, oefeningen en zangbeoefening die allemaal bedoeld zijn om door te dringen in de donkerte van het onbewuste, teneinde precies daar aan de wortel van onze geaardheid verandering teweeg te brengen.
Moessar wordt wel het "best bewaarde joodse geheim" genoemd!

Het ontstaan van de Moessar beweging

Grote spanningen in de 19 e eeuw
Moessar als solitaire praktijk van enkelingen is er altijd wel geweest. Het ontstaan van de moderne Moessar als beweging is te plaatsen in de 19 e eeuw. Die tijd was een tijd van grote spanningen voor het jodendom in Oost-Europa. Onderdrukking door het tsaristisch regiem en hevig antisemitisme bracht vele joden tot wanhoop. Het Litouwse jodendom met zijn strikte halachische levenswijze en nauwgezette studie van Talmoed en Tora bloeide nog wel, maar sloot zich af voor de moderne wereld.
Het was ook de tijd van de verlichting. De verlichting (‘haskala') drong in de getto's door en bracht velen tot meer seculiere overtuigingen en lokte in de richting van assimilatie. Ook de eerste gepassioneerde uitingen van Zionisme klonken door. Anderzijds trokken de chassidische bewegingen met haar extases en grote vrome emoties toch vele vooral minder ontwikkelde arme joden naar zich toe, zij het dat de glans van die eerste periode aan het afnemen was.

R. Israel Salanter en volgelingen
Dat alles bracht R. Israel Lipkin van Salant (kortweg Israel Salanter, 1810–1883) er ertoe een soort middenweg te creëren voor een spiritueel pad, dat aandacht heeft voor innerlijke ontwikkeling en zelfverbetering, maar toch ook midden in de wereld staat, een alternatief voor wereldvreemde orthodoxie, voor chassidisme en tevens voor secularisatie. Salanter maakte school en verschillende leerlingen werden zelf Moessar meesters en stichtten hun eigen school, die qua accent verschilden. Ik noem R. Simcha Zissel Ziv van Kelm, die het accent legde op introspectie en de macht van het denken; dan R. Noson Zvi Finkel en zijn school van Slabodka (die tijdig in de 20-er jaren een loot van zijn jesjiewa overplantte naar het toenmalige Palestina)

R. Nosson Zvi Finkel hoogbejaard in Palestina plm. 1920

en R. Jozef Jozel Hurwitz van Novarodok, die een meer radicaal-emotionele benadering praktiseerde. Op deze scholen kon het behoorlijk heftig toegaan en Moessar werd met tucht en grondigheid beoefend.
Het lesrooster op de jesjiewa van Simcha Zissel Ziv voor de Talmoed-Tora studie was uniek voor een 19e-eeuwse Litouwse jesjiewa in twee opzichten: Het grootste deel van de dag was gewijd aan Moessar studie, werk aan verbetering van de karaktereigenschappen. Dat terwijl in de meeste Litouwse jesjiwot bijna de hele dag Talmoed werd gestudeerd. In de Kelmer jesjiewa werd daar maar een beperkte tijd aan gewijd. Bovendien studeerden de studenten ook drie uur per dag niet-joodse onderwerpen zoals geografie, wiskunde en Russische taal en literatuur. Daarin liep de jesjiewa van Rav Zissel ver voorop op de andere klassieke jesjiewot in het Russische rijk.

Het orthodoxe Litouwse jodendom van de Gaon van Wilna en zijn mitnagdiem vond Israel Salanter en zijn collega's aanvankelijk maar vreemde nieuwlichters en nam hen hun werkwijze en opvattingen niet in dank af. Toch kwamen de talmoedscholen (jesjiwot) van de Moessar leraren geleidelijk tot grote bloei. En in de eerste helft van de twintigste eeuw was in een deel van de jesjiwot Moessar een geaccepteerd onderdeel van de opleiding.
Tot de shoah het merendeel van de grote Moessar leraren en hun leerlingen naar de ondergang voerde.

De wederopstanding van Moessar
Sommigen wisten echter aan de catastrofe te ontkomen en namen hun kennis mee. Moessar overleefde als onderdeel van het Talmoed-Tora onderwijs in enkele jesjiwot in Israel en de US. Er werden geen aparte instellingen voor Moessar opgericht. De revival van interesse van een breder publiek is iets van de laatste jaren. Die is vooral te danken aan mensen als Alan Morinis en Ira Stone, die de waarde van de Moessar erfenis ook voor de grotere wereld beseften en cursussen en opleidingen startten. Alan Morinis schreef de boeken ‘Climbing Jacobs ladder' over zijn ontdekking van Moessar en ‘Everyday Holiness' , een praktische handleiding 2) . Hij richtte het Mussar Istitute op. Ira Stone publiceerde
<< Alan Morinis
A responsible life' 3), dat een meer theoretische fundering
en theologische behandeling geeft. Hij begon met een Mussar Leadership Program.
De genoemde boeken spraken een breed publiek aan en met name in de US begonnen ook buiten de talmoedscholen mensen Moessar te praktiseren.

Hoewel R. Salanter de Moessar als completering van orthodoxe studie had bedoeld en o.a. als kering tegen de opkomende Reform, is Moessar juist in die meer vrijzinnige kringen wortel gaan schieten, althans in de United States. Veel joden missen een joodse praktijk van persoonlijke ontwikkeling en menigeen is zijn heil gaan zoeken in oosterse benaderingen zoals Yoga en meditatie. Nu biedt zich een authentiek joods pad van spirituele ontwikkeling aan. Een pad dat bovendien bewandeld kan worden ook zonder gedegen kennis van het Hebreeuws en ook wanneer men niet van jongs af aan grondig is opgevoed met Talmoed-Tora studie.
In sommige Reform gemeenten in de US heeft Moessar zich genesteld. 4)

Bronnen Moessar

Moessar door alle tijden

Door alle tijden heen is beseft, dat alleen een formalistische en wettische praktisering van jodendom geen waarde heeft als het niet in relatie staat tot een op hartsniveau gevoeld besef van waarden en idealen. Men kan een trouw observant zijn van alle wetten en toch een schurk (naval bi-rishut ha-Torah). Van oudsher riepen de profeten al met luide stem en overweldigende metaforen op tot innerlijke ommekeer. Jesaja en anderen confronteerden het volk met zijn schijnheiligheid 5). Volgens de overlevering in de Talmoed werd de tempel de tweede keer verwoest ondanks dat men zich vroom aan de regels van de wet hield; maar er heerste ondanks dat redeloze haat (sinat chinam, Yoma 9b 6)).
Kennelijk is er ook een innerlijke kant die zorg en groei nodig heeft. Vele oude wijzen hebben zich erin verdiept om dit telkens opnieuw naar voren te halen: de gronding van het uiterlijk gedrag in de diepere lagen van hart en ziel. Dit is Moessar in ruime zin, een joodse stroming door alle eeuwen heen, die een ethische filosofie combineert met een psychologie van de ziel en een praktijk om het karakter te vormen naar een hoger plan.

Auteurs
We noemen een paar belangrijke autoriteiten in de sfeer van Moessar.

Bachya Ibn Pakoeda schreef in de 11 e eeuw zijn boek De plichten van het Hart, Chovot ha-levovot. Daarin was hij op het belang van geest, hart en gevoel (de plichten van het hart) bij het vervullen van de godsdienstige plichten (de mitswot).

Maimonides (de Rambam, 12e eeuw) vatte de halacha samen in zijn gigantische hoofdwerk Mishne Tora. De behandeling van de halachot laat hij voorafgaan door twee ethische tractaten, die de onmisbare voorwaarden aangeven voor alle verdere voorschriften. Het zijn Hilchot De'ot (de Regels van Gedrag) en Hilchot Tesjoeva (Regels van Ommekeer); het zijn eigenlijk Moessar geschriften. Zo zegt hij: ”Zeg niet dat er alleen ommekeer is van overtredingen die metterdaad worden begaan, zoals hoererij, roof of diefstal. Evenzeer als de mens daarvan terug moet komen, zo moet hij ook zijn slechte eigenschappen onderkennen en daarvan terugkomen, zoals toorn, nijd, naijver, wedijver, spotternij, het najagen van geld en eer en het najagen van voedsel, enzovoort. Van alles moet men berouwvol tot inkeer komen en deze zonden zijn zelfs zwaarder dan die in daden worden begaan. Want zolang de mens daarin verzonken is, is het moeilijk om ervan los te komen” (Hilchot Tesjoewa, Hfst. VII 3.).
Maimonides nam een belangrijk concept over van Aristoteles: de gulden middenweg.
” De rechte weg is de maat van het midden ten opzichte van al de eigenschappen die een mens kan hebben. Dat is het gedrag dat in gelijke mate verwijderd is van de beide uitersten en dat niet dichter bij het ene of het andere is ” (Hilchot De'ot I.4.) 6a)

Een ander standaardwerk in de Moessar literatuur is de nog steeds veel bestudeerde De Palmboom van Devora, Tomer Devora 7), van Moses Cordovero (16 e eeuw), een ethische verhandeling over het navolgen van de attributen, eigenschappen van God, zoals afgeleid uit de 10 Sefirot van de Levensboom (Ets Chaim).

Het Pad van de Rechtschapenen, Mesillat Jesjariem 8), van R. Moshe Chaim Luzatto (18 e eeuw, geschreven in Amsterdam) is een gezaghebbende geschrift dat nog steeds druk bestudeerd wordt en dat de negen (volgens een overlevering door Pinchas ben Yair in een baraita genoemde) eigenschappen (middot) behandelt die beoefend moeten worden om te komen tot heiligheid.

Vele geschriften van de Moessar rabbijnen uit de 19 e eeuw en begin 20 ste eeuw worden weer bestudeerd en sommigen zijn opnieuw uitgegeven, zoals Ohr Yisrael van Israel Salanter en Cheshbon HaNefesh van Menachem Mendel Levin van Satanov.9) Al deze boeken zijn of worden opnieuw uitgegeven en velen zijn in het Engels vertaald en soms in hun geheel op internet te vinden.

De praktijk

De ziel
Een centraal concept in Moessar is de ziel, die zich op drie niveaus manifesteert . Nesjama is de pure kern, het heilige onbesmette licht. In de roeach rust onze geestkracht, de spirit, en ook de ratio. De nefesj is de meest aardse kant, waarin de gewaarwordingen van onze lichamelijke behoeften, de emoties en de gevoelens van alledag zich bevinden. In de nefesh manifesteren zich ook onze karaktertrekken, de middot..

Middot
Veel van de Moessar praktijk draait om de ‘middot' of zo u wilt, karaktertrekken, gedragspatronen, zielskenmerken, in het Engels soul traits' . Karaktertrekken zijn op zich niet goed of slecht, maar de mate waarin we van de ene karaktereigenschap te veel of van de andere karaktertrek te weinig hebben (zie Maimonides, hierboven!) vormen belemmeringen voor onze persoonlijke en spirituele ontwikkeling. Een karaktereigenschap die uit balans is creëert een sluier die het innerlijk licht van de nesjama, die puur en stralend is, verhindert door te schijnen. Door introspectie kan men de karaktereigenschappen in zich zelf opsporen die uit balans zijn en die barrières vormen voor het persoonlijk functioneren en voor geestelijke ontplooing.

Vervolgens kan men acties ondernemen om die eigenschappen in balans te brengen, om te transformeren naar wat Alan Morinis noemt: de meest verfijnde, volmaakte, verheven versie van de unieke persoon
die men al is.
Van de karaktertrekken zijn er een reeks van uitgekristalliseerd en ik geef hierbij de lijst van Alan Morinis, die hij gebruikt in zijn handleiding 10):

nederigheid – anivoet
geduld – savlanoet
dankbaarheid – hakarat ha'tov
compassie – rachamiem
ordelijkheid – seder
gelijkmoedigheid – menoechat ha'nefesj
respect – kawod
eenvoud – histapkoet
enthousiasme – zerizoet
stilte – sj'tieka
gulheid – nedivoet
eerlijkheid – emet
matigheid – sjwiel ha'zahav
vriendelijkheid/liefde – chesed
verantwoordelijkheid – achrajoet
vertrouwen - bitachon
vertrouwen – emoena
ontzag – jira

In de praktijk van Moessar kiest men door aandachtige introspectie die eigenschappen, waaraan men wil werken. Men gaat bezig met ‘ tikoen middot ha'nefesj' . Morinis beveel een keuze van een aantal van 13 middot aan, waarvan dan steeds een week lang één eigenschap centraal staat. In een jaar kan men zodoende vier rondes van 13 middot ‘doen'. Een aantal instrumenten wordt door de Moessar leraren aangereikt om dit proces te ondersteunen.

Kernzin Men volgt in gewaarheid hoe de eigenschap of karaktertrek, die deze week centraal staat, door de dag heen een rol speelt.
Daarvoor helpt het om één zin (meestal gehaald uit de geschriften) voor ogen te hebben, die de essentie van de toepasselijke karaktereigenschap behelst. (bijv. bij gelijkmoedigheid: sta boven goed en kwaad; bij nederigheid: niet meer dan mijn plaats niet minder dan mijn ruimte; bij gelijkmoedigheid: ik heb de Eeuwige steeds voor ogen - sjiviti Hashem l'negdi tamid)
Die zin schrijft men op een kaartje. Zodra men wakker is haalt men die zin voor de geest en prent hem in, herhaalt hem met aandacht, zingt hem op een nigoen e.d..
Meditatie Belangrijk als dagelijkse praktijk in de ochtend is ook meditatie – het hebreeuwse woord is: hitbonenoet. Al of niet gecombineerd met ochtendgebed kan men een aantal minuten of langer de aandacht focussen op een ‘heilig woord' (bijv. 'Sjema'). Of tracht gewoon stil te zijn. Wees gewaar ook van de zaken die je telkens zullen afleiden en keer terug. 11)
Zingen Men kan ook een toepasselijke zin of tekst zingen op een bepaalde nigoen, dat heet hitpa'aloet, zingen met aandacht en overgave, de joodse variant op ‘chanten'. De bedoeling is dat door het zingen met emotionele intensiteit de boodschap doordringt tot het onderbewuste en zo leidt tot gedragsverandering.
Kabbalot Door de dag heen probeert men de ideale situatie van de aan de orde zijnde midda in praktijk te brengen. Daarbij kunnen oefeningen helpen. Dat zijn de zogenaamde ‘kabbalot', (ogenschijnlijk) simpele opdrachten, die samenhangen met de betreffende karaktertrek, bijv. ‘zit achteraan in kamer of zaal' (nederigheid), ‘spreek allen positief over andere mensen' (respect), ‘uit je dank tegenover alle stoffelijke zaken, die je leven voeden' (dankbaarheid), ‘koop alleen wat echt noodzakelijk is' (eenvoud), 'groet iedereen eerst' (vriendelijkheid), ‘geef één euro aan honderd personen of doelen' (weekopdracht voor gulheid).
Chesjbon ha'nefesj Aan het eind van de dag leest men een stukje tekst uit de traditionele literatuur. Men overdenkt de ervaringen door de dag heen met de midda van de week en men werkt het dagboek bij met observaties daarover Dat is de zogenaamde ‘chesjbon ha'nefesj' (verantwoording van de ziel), een belangrijk onderdeel van de Moessar praktijk.
Chevroeta en wa'ad Per week komt ook tekst studie aan de orde, bij voorkeur een stuk tekst betrekking hebbend op de midda van de week. Die kan gehaald worden uit de Moessar literatuur, waarvan ik al een aantal werken heb genoemd. Tekst lezen wordt aandachtig en zin voor zin gedaan en besproken. Aan te raden is dit met een vertrouwde partner te doen, een ‘chaver', leren in ‘chevroeta'.
Ook is gangbaar de wekelijkse ervaringen, vorderingen en problemen uit te wisselen in een groep, de zogenaamde va'ad. Rabbi Ira Stone legt hier de nadruk op. Een sfeer van vertrouwen en veiligheid is daarbij een eerste vereiste.
Gebruik makend van moderne technieken zijn ook mail-contacten belangrijk en wordt gebruik gemaakt van conference calls.

Voor wie?
Oorspronkelijk werd Moessar vooral bedreven in de talmoedhogescholen (jesjiewot) in aanvulling op Talmoed-Tora en dit gebeurt nog in een aantal jesjiewot in Israel en de US. Moessar heeft echter een universele strekking die het potentieel een veel ruimere reikwijdte geeft. Daarvan hebben mensen als Alan Morinis en Ira Stone gebruik van gemaakt door de methoden zo aan te bieden dat ook een ruimer publiek zonder grondige joodse opvoeding er profijt van kan hebben.
Moet je per se een joodse voor- of achtergrond hebben? Zowel Morinis sluiten niet uit, dat ook buiten de joodse wereld Moessar gepraktiseerd kan worden, hoewel het toch wel zeer aan te bevelen is enige joodse praktijk in zijn levenswijze te hebben en enige achtergrondkennis.

In Nederland
In Nederland is Moessar nog niet echt heel bekend. Daniel Baupain is de eerste Moessar docent in Nederland en werkt aan de introductie van deze belangrijke echt joodse spirituele weg als cursusgever voor Crescas 12). Hij formuleert bondig in zijn cursusaankondiging op de website van Crescas: Hoe kunnen we onze ideale waarden (welke dat ook mogen zijn) vertalen naar ons dagelijks leven. Mussar geeft hierop een helder antwoord: kijk goed naar jezelf en stel een discipline van kritische zelf­verantwoording vast, net zo rigoureus en serieus als je dieet, je werkrooster of je fitness-schema. Neem ethiek minstens zo serieus als Pilates. 13)

noten

1) zie http://www.mussarinstitute.org/wisdom-way.htm

2) Alan Morinis, Climbing Jacob's Ladder , One Man's Rediscovery of a Jewish Spiritual Tradition , Broadway Books, New York, 2002
Alan Morinis, Everyday Holiness, The Jewish Spiritual Path of Mussar,
Trumpeter, Boston London, 2007

3) Ira F, Stone, A Responsible Life, The spiritual path of Mussar , Aviv Press , New York , 2006

4) De heilzame werking van Moessar in alledaagse zaken wordt verwoordt in dit verslag van toepassing van Moessar in Reform kringen in de US: "Vele leiders in de Joodse gemeente zijn inmiddels Moessar beoefenaars," zegt Rabbi Nancy en " ze geven er blijk van veel beter te kunnen luisteren bij het behandelen van zaken betreffende de gemeente.(…) Er is niet meteen een onmiddellijke reactie, er lijkt meer stilte en bezinning te zijn voordat men gaat praten. (…) Net als de effecten van Moessar zelf is de verandering is vaak subtiel, maar het maakt een merkbaar verschil in de algemene toon van de bijeenkomst ".
http://reformjudaismmag.org/Articles/index.cfm?id=1385

5) uit de Tanach: De allereerste bron van de Moessar is te vinden in de ethische bepalingen van de Tora. Dan komt natuurlijk allereerst voor de geest de bepalingen in Wajikra 19: 16  Breng het leven van een ander niet in gevaar door lasterpraat over hem rond te strooien. Ik ben de Eeuwige. 17 Wees niet haatdragend. Als je iemand iets te verwijten hebt, roep hem dan ter verantwoording en laad niet omwille van een ander schuld op je 18 door je te wreken of wrok te blijven koesteren. Heb je naaste lief als jezelf. Ik ben de Eeuwige.
De profeten donderden tegen het volk om hen te wijzen op het juiste pad
zo b.v. Jesaja 1: 11 Wat moet ik met al jullie offers? – zegt de Eeuwige.
Ik heb genoeg van die schapen, die vetgemeste kalveren;
het bloed van stieren, rammen en bokken wil ik niet meer.

(…) 16  Was je, reinig je, maak een eind aan je misdaden, ik kan ze niet meer zien. Vermijd alle kwaad 17 en leer goed te doen. Zoek het recht, houd tirannen in toom, bied wezen bescherming, sta weduwen bij.
Zie ook Micha 6: 8  Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de Eeuwige van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God.
In het Talmoed tractaat Pirké Avot staan vele Moessar uitspraken.
Een 'eigenwijze' bewerking is onlangs uitgekomen: Spreuken over de fundamenten. Joodse wijsheid voor de mensheid , ingeleid en vertaald door Leo Mock en Marcel Poorthuis, Amphora Books: Amsterdam (2009
Een recente vertaling is: Spreuken der Vaderen / Pirkei Avos, vertaald uit het Engels door R, Evers, Salomon/Boom, 2009

6)Yoma 9b: Why was the First Temple destroyed? Because of three evils in it: idolatry, sexual immorality and bloodshed . . . But why was the Second Temple destroyed, seeing that during the time it stood people occupied themselves with Torah, with observance of precepts, and with the practice of charity? Because during the time it stood, hatred without rightful cause prevailed. This is to teach you that hatred without rightful cause is deemed as grave as all the three sins of idolatry, sexual immorality and bloodshed together.

6a) Mozes Maimonides, Twee Ethische Tractaten, De Regels van Gedrag en De Regels van Boete en Berouw, vertaald en ingeleid door dr. A van der Heide, Meinema, Zoetermeer, 1992.

7) On line: http://www.digital-brilliance.com/kab/deborah/deborah.htm )

8) On line: http://www.shechem.org/torah/mesyesh/
inhousopgave: Mesillat Yesharim:
Introduction
Man's Duty in this World ( Ch. 1)
Watchfulness (zehirut) (Ch. 2-5)
Alacrity (zerizut) (Ch. 6-9)
Cleanliness (of sin, nekiyut) (Ch. 10-12)
Abstention (of improper practices, perishut) (Ch. 13-15)
Purity (tahara) (Ch. 16-17)
Piety (chassidut) (Ch. 18-21)
Humility (anava) ( Ch. 22-13)
Fear of sin (yirat chet) (Ch. 24-25)
Holiness (kedusha) (Ch. 26-27)
Epilogue

9) Veel info is te vinden op: http://www.tzemachdovid.org/Musar/index.shtml

10) Op zijn website biedt Morinis aan groepen en gemeenten een 13weekse cursus aan met tweewekelijkse behandeling van 6 eigenschappen:
Week 1 Humility Anavah
Week 3 Anger Ka'as
Week 5 Gratitude Hakarat Ha'tov
Week 7 Trust Bitahon
Week 9 Honor Kavod
Week 11 Alacrity Zerizut

11) Het bekende boek ‘Jewish Meditation' van R. Aryeh Kaplan is ondanks uitgekomen in een Nederlandse vertaling: Joodse meditatie, in het licht van de kabbala, Noord Nederlandse Boekhandel, 2009

12) Crescas: http://www.crescas.nl/?page=home

13) de cursus van Daniel Beaupain: klik hier

Voor een aantal korte vragen rond een reeks karaktertrekken
klik hier

Introductie van Moessar in de Moessar Kalla van okt. 2014
met o.a. Alan Morinis en Avi Fertig ter gelegenheid van de presentatie van de Ned. vertaling van Everyday Holiness
op Youtube:


Inleiding

Ontstaan van Moessar

Bronnen

De praktijk

noten


Moessar op Youtube

Voor een aantal korte vragen rond een reeks karaktertrekken
klik hier